Praktijk
Binnen het luik “praktijk” zijn we op zoek gegaan naar personen die al enige tijd in het werkveld staan. We hebben hun ervaringen omtrent het thema afstand - nabijheid bevraagd. Er vonden 6 interviews plaats, namelijk met een leerkracht ASO, een leerkracht buitengewoon basisonderwijs, een hoofdbegeleidster van een dagcentrum, enkele begeleiders van een ander dagcentrum, een orthopedagoge van een begeleidingscentrum en een begeleidster van een OOOC.
We stelden hen de volgende vragen:
- Wat is de visie van de voorziening op afstand - nabijheid?
- Wat is de visie van de persoon in kwestie op afstand - nabijheid?
- Komt de eigen visie overeen met die van de voorziening?
- Botsen verschillende visies daarover binnen de voorziening/tussen collega's? Of wordt er op verschillende manieren mee omgegaan door verschillende personen?
- Hoe schat men de maatschappelijke visie over afstand - nabijheid in?
- Heeft de maatschappelijke visie en media een invloed op hun beeld?
De interviews proberen we te duiden aan de hand van een aantal quotes:
We stelden hen de volgende vragen:
- Wat is de visie van de voorziening op afstand - nabijheid?
- Wat is de visie van de persoon in kwestie op afstand - nabijheid?
- Komt de eigen visie overeen met die van de voorziening?
- Botsen verschillende visies daarover binnen de voorziening/tussen collega's? Of wordt er op verschillende manieren mee omgegaan door verschillende personen?
- Hoe schat men de maatschappelijke visie over afstand - nabijheid in?
- Heeft de maatschappelijke visie en media een invloed op hun beeld?
De interviews proberen we te duiden aan de hand van een aantal quotes:
“Dichtbij komen, kan ook positief zijn.”
“Sommige situaties neem je als begeleider mee naar huis.”
“Als je door kleine zaken een kind/een jongere vooruit kan helpen, waarom zou je het dan niet doen?”
“Als begeleider heb je een bepaalde verantwoordelijkheid.”
“Zowel cliënt als begeleiding moeten leren loslaten.”
“De grens wordt pas overschreden als de cliënt gekwetst wordt.”
“Je collega’s helpen je om de grens te bewaken.”
“De grens tussen cliënt en hulpverlener is veranderbaar/flexibel, net om de grens te bewaren.”
“De hoeveelheid ervaring van een begeleider zorgt ervoor dat een andere relatie wordt opgebouwd.”
“Het feit dat je zelf moeder of vader bent speelt hierin een rol.”
“De problematiek van het kind heeft hier ook een invloed.”
“Met het ene kind klikt het gewoon beter dan met het andere en ga je een betere en dichtere relatie opbouwen.”
“De leeftijd speelt een rol (van zowel cliënt als hulpverlener).”
“Je eigen persoonlijkheid als begeleider heeft een invloed op het aangaan van een relatie.”
“De media zorgt ervoor dat je nog alerter wordt als hulpverlener.”
“De media zorgt ervoor dat je jezelf als hulpverlener tegen incidenten meer gaat beschermen.”
“Te dicht komen/te veraf staan kan niet vermeden worden.”
“De macht ligt bij de hulpverlener.”